
Wie is Nola Hatterman?
Nola Hatterman (1899–1984) is een Nederlands-Surinaamse beeldend kunstenaar. Ze begon haar carrière als actrice in Nederland, maar legde zich later volledig toe op de schilderkunst. In 1953 vertrok Nola naar Suriname, waar zij zich wijdde aan kunst en kunsteducatie. Bij het ‘Cultureel Centrum Suriname’ startte ze een beeldende kunstopleiding. Ze richtte later de ‘Nieuwe School voor Beeldende Kunst’ op in Paramaribo, waar zij tot 1976 lesgaf en talloze jonge kunstenaars begeleidde en inspireerde. Te denken valt hierbij aan Armand Baag, Frank Consen, Rudi Getrouw, Jules Chin A Foeng, Soeki Irodikromo, Ruben Karsters, Paul Woei. De hedendaagse Surinaamse kunstenaars Robbert Doelwijt, Rinaldo Klas en Djon Seedorf maken deel uit van de laatste lichting leerlingen die nog les van Hatterman hebben gehad in Paramaribo.
Vriendschap met Anton de Kom
De vriendschap tussen Nola en Anton de Kom was van grote invloed op haar kunstenaarschap. Nola en Anton ontmoetten elkaar begin jaren 1930 in Nederland, met name in Amsterdam. Rond 1932-1933 zien ze elkaar in kringen van Surinaamse studenten, arbeiders en anti-koloniale activisten. Ze deelden een sterk anti-koloniaal bewustzijn. In 1937 verloren zij elkaar uit het oog, omdat De Kom met zijn gezin naar Frankrijk vertrok vanwege zijn politieke vervolging in Nederland. Verzetsheld Anton de Kom sterft op 24 april 1945 in het kamp Sandbostel (tussen Bremen en Hamburg) vijf dagen voordat het kamp door Britse troepen wordt bevrijd.
Schilderkunst Nola Hatterman
Sinds 1930 wijdde Nola zich volledig aan het schilderen van mensen van kleur (waaronder Zwarte mensen) op een respectvolle manier. Het schilderij Op het terras, uit 1930 is daar een voorbeeld van, gemaakt in het begin van haar carrière als beeldend kunstenaar. Het is een portret van Lou Drenth. Lou maakte Nola als eerste attent op de misstanden in Suriname.
De vriendschap later met Anton de Kom was vooral een keerpunt in haar leven. Geïnspireerd door zijn boek ‘Wij slaven van Suriname’ maakte zij vier historische werken met betrekking tot de slavernijgeschiedenis en koloniale mistanden met als titel: Vluchtende slavin, circa 1964, De bewening – Ode aan een gevallen slaaf – 1968, Verdediging van Fort Buku, 1970, Aanval op de plantage, 1982. Deze vier schilderijen bevinden zich in Suriname.
In Paramaribo, 12 juni 1968, schrijft Nola in een brief aan Judith, de dochter van Anton de Kom;
‘Er is een tijd geweest dat ik me heel bewust was, dat het boek ‘Wij slaven van Suriname’ van beslissende invloed is geweest op mijn verdere vorming. En toen ik gelezen had, dat de Surinaamse kinderen op school alleen maar de geschiedenis van Nederland leerden en hun eigen helden en heldinnen werden verzwegen, de wens in mij opkwam schilderijen te maken van de werkelijke geschiedenis van Suriname en daarmee de wens hier te komen. Maar dan komt er een tijd, dat je denkt dat je altijd zo bent geweest, dan ben je er zo één mee geworden, dat het lijkt of dat alles nooit nieuw voor je is geweest.
Zaterdagavond – 8 juni ‘68 – zoveel jaren later, realiseerde ik me weer hoe het boek ‘Wij slaven van Suriname’ me heeft gevormd en het is daarom dat ik je deze kleine reproductie van het 2de historische schilderij wat ik nu heb gemaakt, graag wil geven. Niet als een kadootje, maar als een deel van de nalatenschap van je vader. Nola’
Overlijden Nola Hatterman
Nola stierf op 8 mei 1984 aan de gevolgen van een auto‑ongeluk tijdens een rit van Brokopondo naar Paramaribo. Zij was op weg met haar kunstwerken om deel te nemen aan de tentoonstelling ‘Identiteit’ in het Surinaams Museum. Deze groepstentoonstelling (gelegenheidsexpositie met kunstenaars uit Suriname, waaronder Ron Flu, Soeki Irodikromo, Cliff San A Jong e.a.) was haar laatste bestemming. Na haar overlijden werd, op initiatief van oud-directeur Cultuur dhr. Ramlall, Rinaldo Klas benaderd om met een groep kunstenaars, waaronder Paul Woei het Nola Hatterman Instituut op te richten, inmiddels bekend als de Nola Hatterman Art Academy.
Bekende werken van Nola
Op het terras, 1930. Collectie Stedelijk museum Amsterdam. Een portret van Lou (Louis Richard) Drenthe, op een terras met bier en krant — een iconisch werk dat de waardigheid van een Afro‑Surinaamse man centraal stelt.
Jazz, circa 1935. Museum voor Moderne Kunst Arnhem (MMKA).Een expressief werk geïnspireerd op het Afro-Surinaamse jazztoneel, ontstaan in haar kortstondige experimentele expressionistische periode rond 1933–1934.
De trompettist, circa 1936. Collectie Stedelijk museum Amsterdam. Een getekend portret, geworteld in het Amsterdamse zwarte clubleven — onderdeel van haar ontwikkeling naar realistische figuratieve kunst van Afro‑Surinaamse mensen.
Piëta (Zwarte Christus), 1949. Collectie Centraal Museum Utrecht. Jezus als zwarte man afgebeeld, door de pers in 1952 “Europe’s most controversial picture” genoemd.
Verder lezen
Ellen de Vries schreef in 2008 een biografie over Nola Hatterman, ‘Nola, portret van een eigenzinnig kunstenares’. Klapwijk &Keysers Uitgevers, Amersfoort. In 2021 stelde Ellen de Vries een bundel samen, getiteld ‘Nola Hatterman. Geen kunst zonder kunnen’. Waanders Uitgevers, Zwolle.
Kijk voor meer info over Nola Hatterman op: https://www.nolahatterman.com/
